Vrijdag 13 maart 2009
 

 

"Ingrid, het is al best licht buiten, hoe laat is het?"
Shiiiiiiiit... al tien uur! Ik lag al wel een tijdje wakker, maar vertrouwde ten onrechte op de hotelwekker. Om nog maar even te zwelgen in mijn ellende: mijn mobieltje was altijd onze wekker als we op reis waren.
But look at the bright side: zijn wij even blij dat dit vandaag gebeurt en niet morgenochtend!

Na een half uurtje doorpakken zaten we toch nog redelijk tijdig aan het ontbijt en slechts een kwartiertje te laat ontmoetten we Jenny, die ons meteen het paspoort van Yiming overhandigde. Dat was het laatste van het geregel, dus nu nog even genieten en morgenochtend back to Beijing!

We hebben een paar uur doorgebracht op Da Bazar, de grootste bazaar in het westen van China. Het is een overdekte markthal van vier verdiepingen waar allerlei regionale hebbedingetjes gekocht kunnen worden, zoals Oeigoerse hoedjes, messen in alle soorten en maten, muziekinstrumenten, jade, kleding, noem maar op.

Yiming wordt steeds dolenthousiast als hij een hond ziet (Teun en Loes, beware!) en dan zegt ie steeds: "Moemoe, moemoe!"
Ook toen we langs een rij dierenvellen liepen begon ie "Moemoe, moemoe!" te roepen, terwijl wij ervan uit gingen dat er andere beestjes hingen. Maar nee, meneer is een kenner, het waren wel degelijk hondenvellen.

In het korte toeristenseizoen (van juli t/m september, geloof ik) moet het hier enorm druk zijn, maar bij de paar tentjes waar we wat hebben gekocht, waren wij de eerste klandizie van de dag. Er komen nauwelijks locals, dus het heeft wel iets van een "tourist trap", maar dat deerde ons niks.

De schamele oogst: een jade varkentje (Yiming is geboren in het jaar van het varken), een hoedje voor Yiming, een kettinkje voor Yuul, een matroesjka poppetje en twee kleine knuffelkameeltjes.
En geloof het of niet, ik heb de kooplui spreekwoordelijk het vel over de neus getrokken, ik was lekker op dreef met afdingen en vond het zowaar leuk. Beijing, let op: Afdingrid komt eraan!

Tegenover de bazaar zat een KFC en... wat zien we daar nou? Een heuse Carrefour supermarkt, da's wel het laatste dat je hier verwacht.
Bij de Carrefour hebben we wat instant noodles en andere noodzakelijkheden gekocht en toen terug naar het hotel.

Na het eten gingen Rob en Yulia even naar buiten en het plan was dat ik Yiming in bed zou stoppen. Maar toen die kleine driftkikker zag dat papa en jiejie (= grote zus) de deur uit gingen, wilde hij dat ook. Stampvoeten, gillen, wat een portret! Hup, te bed en ik er weer naast met een boekje.
Hij was absoluut not amused, maar ging toch maar slapen.

Hij noemt ons trouwens al papa en mama. Als hij hier lekker rondstapt (bij voorkeur op Robs schoenen, die blijven toch favoriet) en hij ziet me even niet, dan loopt ie "Mama, mama?" vragend te zoeken. Erg schattig.
En Yulia is dus jiejie, da's met recht een geuzennaam.

Toen Rob en Yulia terugkwamen van hun uitlaatsessie, werd Yiming net wakker. Even een uurtje rommelen in de hotelkamer en daarna op pad om een geschikte plek te vinden om ons laatste avondmaal in Ürümqi te nuttigen. Dat was nog zo eenvoudig niet.
We hebben verschillende restaurants geprobeerd, maar $%#&* niemand die Engels sprak. Om gek van te worden. En om nou zomaar wat te bestellen, is ook niet aan te bevelen, want voordat je het weet zit je aan de eendenkop met een extreem hoge pikantheidsgraad.

Ja! Een restaurant met plaatjes! Wij wezen aan wat we wilden eten, maar de plaatjes hingen boven de balie, dus de dames erachter konden de plaatjes niet zien. Maar geen nood, er stond een drietal kerels aan de andere kant van de balie, dus wij met gebarentaal voor elkaar proberen te krijgen dat een van de heren misschien even aan de dames kon doorgeven wat wij precies aanwezen.
Maar dat lukte ook niet, ze haalden een beetje stom hun schouders op en daar bleef het bij. Whoeaaaaaaa! De stoom kwam zo langzamerhand uit m'n oren, wat een schaapachtig gedoe!

Terug naar het hotel maar weer en meteen door naar het Chinese restaurant op de vijfde verdieping. Prima kwaliteit hoor, daar niet van, maar we hadden eigenlijk wat avontuurlijkers in gedachten.

Toen driekwart van het gezin al lang en breed klaar was met eten en Rob nog lekker zat te kluiven van de eendenbouten van de ducksoup (waarvan ik trouwens de eendenkop in m'n schaaltje had zitten), werd Yiming wat stiller, liep naar de stapel jassen die we op een bank hadden gedrapeerd en pakte z'n winterjasje. Z'n lipje begon al te trillen, maar toen ik zei: "Nee, Yiming" kwamen de waterlanders alweer snel. En onze kleine man kan toch zó goed stampvoeten.

Hij hield het huilen vol tijdens het uittrekken van z'n luier en het poetsen van z'n billen, tijdens het douchen, tijdens het tandenpoetsen en tijdens het in bed leggen. Pas toen ik er weer ging zitten met m'n boekje, werd ie stil. Rob deed Yuul intussen onder de douche en even later keken ze samen een Bumbaatje of vijf.

Ik zat aan een bureau naast Yimings bed te lezen en kon hem via de spiegel aan de muur in de gaten houden. Ik had het bureaulampje zo laag mogelijk gedimd en kon met moeite een van z'n oogjes zien en ik dacht te zien dat dat oogje nog open was. Wat een volhouder! Op een gegeven moment ben ik toch maar even gaan kijken... bleek dat ie z'n hoofd inmiddels van me had weggedraaid en dat ik via de spiegel de hele tijd naar z'n oor had gekeken. Die was wel open, ja! ;-)

Morgen is het vroeg dag, het is de bedoeling dat we om half zes uit de veren gaan. We hebben een wake-up call geregeld, Robs mobieltje ingesteld en toch ook maar weer die vermaledijde hotelwekker ingesteld.
Als dat niet goed komt, eet ik Yimings hoed op!